Gedichtendossier

vriend
je hebt iemand nodig
stil en oprecht
die als het erop aan komt
voor je bidt of voor je vecht
pas als je iemand hebt
die met je lacht en met je grient
dan pas kun je zeggen:
'k heb een vriend

als je iemand hebt
die alles met je deelt
de tafel en het bed
één die nooit verveelt
als je iemand hebt
die al je zorgen heelt
weet je wat dat zeggen wil
weet je wat dat scheelt?

je hebt iemand nodig
stil en oprecht
die als het erop aan komt
voor je bidt of voor je vecht
pas als je iemand hebt
die met je lacht en met je grient
dan pas kun je zeggen:
'k heb een vriend

pas als je iemand hebt
die met je lacht en met je grient
dan pas mag je zeggen:
ik heb 'n vriend

Toon Hermans

http://users.telenet.be/deversmaldevraag/vriendschapI_toon.htm

 

Gedicht Analyze:
Onderwerp: Een Vriend
Hoofdgedachte: Dat je een vriend nodig hebt met wie je alles kan delen
Rijm/geen rijm: Wel rijm
Rijmschema: A - B  - C - B
Vorm van het gedicht: Vier coupletten; drie van acht regels en éen van vier regels. (8 - 8 - 8 - 4)
Beeldspraak: -
Mijn gevoel: Goed gevoel. Het speelt met je gevoel, want als je dit gevoel herkent is het een herkenbaar gevoel. Als je het gevoel dat het gedicht beschijft niet herkent, kan het een negatief gevoel oproepen. Het is emotionerend
Spreekt mij wel of niet aan: Spreekt mij aan. Het speelt met je gevoel en het is zo geschreven dat het begrijpelijk is
Alliteratie:  -
Assonantie:
R. 2,4 oprecht - vecht
R. 6,8 grient - vriend
R. 10,12 deelt - verveelt
R. 14,16 deelt - verveelt
R. 18,20 heelt - scheelt
Hierna word het couplet herhaalt en herhalen dezelfde woorden.
Herhaling:-
Ironie: -
Metafoor: -
Moraal: Een goede vriend is een vriend waar je alles mee kan delen en mee kan lachen.

Drie andere gedichten over vriendschap

Voor een vriend

Nu 't rouwrumoer rondom jou is verstomd
de stoet voorbij is, de schuifelende voeten
nu voel ik dat er 'n diepe stilte komt
en in die stilte zal ik je opnieuw ontmoeten
en telkens weer zal ik je tegenkomen
we zeggen al veel te gauw: het is voorbij
hij heeft alleen je lichaam weggenomen
niet wie je was en ook niet wat je zei
ik zal nog altijd grapjes met je maken
we zullen samen door het stille landschap gaan
nu je mijn handen niet meer aan kunt raken
raak je mijn hart nog duidelijker aan

-Toon Hermans

 

Wie

Wie zal de vriend zijn van mijn vriendin,
de baas voor mijn hond, het kind in mijn jeugd,
de oude man bij mijn dood, wie zal dat zijn als
ik het niet ben? Jij? Ach kom, jij bent niets

dan twee ogen, die zien wat ze zien, jij
bent niets dan het uitzicht: een zon schijnt,
een appelboom bloeit, een stoel staat in
het gras; vreugde, verdriet, weet jij veel,

uitzicht. maar wie zal mijn liefste grijs en
ziek laten worden, er voor zorgen dat de hond
jankt, het kind huilt, en de dood komt? Wie
zal de appelboom laten verkommeren, de stoel
voorgoed laten staan in de regen? Iemand toch
zal toe moeten zien dat alles voorbij gaat.

-Rutger Kopland

 

Liever niet alleen

Ik ben vaak op mezelf
Ik werk liever alleen dan met een ander mens
Met een ander mens praat ik liever niet
Toch koester ik de wens voor een praatje

Ookal komt iemand noch zo liefhartig naar me toe
Ik duw ze vaak van me af
Maar dat betekent niet dat ik niets om de intentie gaf
Ik voel me gewoon niet op me gemak

Onbekende angst houd me tegen
Soms vraag ik me af of het me wel iets doet
Als ik mezelf verken vindt ik het antwoord niet
Ik voel een kleine drang tot gezelligheid

Ik vraag me vaak af, wat is een vriend?
Ik ben zelf het antwoord vergeten
Ergens in me hart zal ik het vast weten
Dat eigenlijk wel om vriendschap geef

Het gevoel dat ik soms voel
Ik weet niet wat het is
Het gevoel wordt soms me wel te veel
Toe, laat me niet meer alleen

Verloren vriendschap

Ik dacht dat ik het wist,
Het echt gevonden had.
Het klopte,
Het voelde goed,
Alsof het de perfecte vriendschap was.

Dezelfde interesses,
Dezelfde smaak,
Dezelfde humor,
En dezelfde haat.

Twee personen die één leken.
Een sterke band tussen jou en mij.
Vrienden voor het leven,
Die vriendschap was al snel voorbij.

Nu zijn we twee verschillende personen,
Beide in en andere wereld.
Ik denk nog wel eens aan jou,
Maar ik denk jij niet aan mij.
Ons verleden is voorbij.


Tijdens het mondeling examen wordt verwacht dat je:

- het gedicht voorleest

- kunt uitleggen waarom je juist dit gedicht gekozen hebt

- kunt vertellen waar het gedicht over gaat

- kunt vertellen welk soort rijm/rijmschema van toepassing is op jouw gedicht

- kunt vertellen welke vormen van beeldspraak worden gebruikt in jouw gedicht

- jouw mening over het gedicht goed onder woorden kunt brengen

- je ‘staande’ kunt houden als de docent het misschien niet eens is met jouw interpretatie. Wees dus overtuigd van jouw eigen analyse!

Maak jouw eigen website met JouwWeb